La persistance de facteurs de risque (tels que des veines variqueuses, une phlébite à un stade avancé et une thrombose, l’existence d’une maladie cardiaque, l’obésité, des troubles de la coagulation) ou des antécédents familiaux positifs (c.-à-d. une thromboembolie chez un frère, une sœur ou un parent à un relativement jeune âge) doivent être discutés avec votre médecin.
Persisterende risicofactoren (zoals spataders, een gevorderd stadium van flebitis en trombose, het bestaan van een hartziekte, obesitas, bloedstollingsstoornissen) of positieve familiale antecedenten (bv. tromboembolie bij een broer, een zus of een ouder op een vrij jonge leeftijd) moeten worden besproken met uw arts.