Pour des raisons humainement compréhensibles, les parties acceptent très souvent dans la pratique, la présence d'un membre de la famille ou d'une personne de confiance lorsque la personne à examiner est un enfant, une personne âgée ou une personne mentalement handicapée ou affaiblie.
Om humanitaire redenen geven de partijen in de praktijk zeer dikwijls hun instemming om de aanwezigheid van een familielid of vertrouwensman toe te laten wanneer de te onderzoeken persoon een kind, een bejaarde of een geestelijk gehandicapte of afgezwakte persoon is.