Excrétion : après administration d’une dose unique d’everolimus radiomarqué chez des patients transplantés recevant de la ciclosporine, la majorité (80 %) de la radioactivité a été retrouvée dans les fécès, et seule une quantité minime (5 %) a été excrétée dans les urines.
Excretie: Na toediening van een enkelvoudige dosis radioactief-gemerkte everolimus aan transplantatiepatiënten die ook ciclosporine kregen, werd de grootste hoeveelheid (80 %) van de radioactiviteit teruggevonden in de faeces, en slechts een kleine fractie (5 %) werd uitgescheiden in de urine.