Bien qu’une modification de la concentration plasmatique globale en chlorhydrate de tamsulosine ait été observée en raison d’une altération de la liaison à l’AAG, la concentration non liée (active) en chlorhydrate de tamsulosine ainsi que la clairance intrinsèque sont restées relativement constantes.
Hoewel een verandering van de totale plasmaconcentratie van tamsulosinehydrochloride werd waargenomen als gevolg van een gewijzigde binding aan alfa-1-zuur glycoproteïne, bleven de ongebonden (actieve) concentratie van tamsulosinehydrochloride en de intrinsieke klaring relatief constant.