Les données globalisées de six études contre placebo menées avec la rispéridone principalement chez des patients âgés (> 65 ans) atteints de démence ont montré que des effets indésirables cérébrovasculaires (graves et sans gravité combinés) se sont produits chez 3,3 % (33/1009) des patients traités par rispéridone et chez 1,2 % (8/712) de ceux traités par placebo.
De samengevoegde gegevens van zes placebogecontroleerde studies met risperidon bij hoofdzakelijk oudere patiënten (> 65 jaar) met dementie toonden aan dat cerebrovasculaire bijwerkingen (ernstige en niet-ernstige samen) zijn opgetreden bij 3,3% (33/1009) van de patiënten die werden behandeld met risperidon, en bij 1,2% (8/712) van de patiënten die werden behandeld met de placebo.