Het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering toont dus aan dat zijn belangen effectief in het gedrang werden gebracht door het feit dat hem de kans ontnomen is de zaak reeds op de inleidingzitting of op een vroegere datum dan 13 september 2005 ten gronde behandeld te zien (LAENENS, J. en BROECKX, K., " Het gerechtelijk recht in een stroomversnelling" , R.W., 1992-1993, p; 928, nr. 197, met verwijzing naar rechtspraak in noot 378; Rb.
Het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering toont dus aan dat zijn belangen effectief in het gedrang werden gebracht door het feit dat hem de kans ontnomen is de zaak reeds op de inleidingzitting of op een vroegere datum dan 13 september 2005 ten gronde behandeld te zien (LAENENS, J. en BROECKX, K., " Het gerechtelijk recht in een stroomversnelling" , R.W., 1992-1993, p. 928, nr. 197, met verwijzing naar rechtspraak in noot 378; Rb.