Toutefois, en raison des faibles concentrations plasmatiques du ziconotide, de son métabolisme assuré par des peptidases ubiquitaires et de sa fixation relativement faible aux protéines plasmatiques (voir rubrique 5.2), les interactions médicamenteuses liées au métabolisme ou au déplacement des sites de fixation protéique sont peu probables entre le ziconotide et d’autres médicaments.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

De kans op interacties door metabolisme of door eiwitverdringing in plasma tussen ziconotide en andere geneesmiddelen is echter onwaarschijnlijk door de lage concentratie ziconotide in plasma, doordat het metabolisme plaatsvindt door alomtegenwoordige peptidasen en door de relatief lage proteïnebinding in plasma (zie rubriek 5.2).

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) [HTML]

La ceftriaxone peut déplacer la bilirubine de ses sites de fixation à l’albumine.

http://www.cbip.be/Folia/Index (...) (...) [HTML]

Ceftriaxon kan bilirubine verdringen van zijn bindingsplaatsen aan albumine.

http://www.cbip.be/Folia/Index (...) (...) [HTML]

http://www.bcfi.be/Folia/Index (...) [HTML]

La ceftriaxone peut déplacer la bilirubine de ses sites de fixation à l’albumine.

http://www.cbip.be/PDF/Folia/2 (...) (...) [HTML]

Ceftriaxon kan bilirubine verdringen van zijn bindingsplaatsen aan albumine.

http://www.cbip.be/PDF/Folia/2 (...) (...) [HTML]

http://www.bcfi.be/PDF/Folia/2 (...) [HTML]

En outre, une des deux amorces contient le site de fixation pour le consensus T7 ARN polymérase (Whiley & Sioots, 2010).

http://www.health.belgium.be/i (...) (...) [HTML]

Bovendien bevat een van de twee primers de consensus T7 RNA polymerase bindingsplaats (Whiley & Sioots, 2010).

http://www.health.belgium.be/i (...) (...) [HTML]

http://www.health.belgium.be/i (...) [HTML]

For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!

Le telmisartan présente une très forte affinité pour le récepteur AT1 de l’angiotensine II. Il déplace l’angiotensine II de son site de fixation sur ce récepteur, responsable des effets connus de l’angiotensine II. Il n’a aucun effet agoniste partiel sur le récepteur AT1.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

Telmisartan verdringt angiotensine II met een zeer hoge affiniteit van zijn bindingsplaats op het AT1- receptor subtype, welke verantwoordelijk is voor de bekende effecten van angiotensine II. Telmisartan vertoont geen partieel agonisme op de AT1-receptor.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) [HTML]

Le telmisartan présente une très forte affinité pour le récepteur AT1 de l‟angiotensine II. Il déplace l‟angiotensine II de son site de fixation sur ce récepteur, responsable des effets connus de l‟angiotensine II. Il n‟a aucun effet agoniste partiel sur le récepteur AT1.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

Telmisartan verdringt angiotensine II met een zeer hoge affiniteit van zijn bindingsplaats op het AT 1 - receptor subtype, welke verantwoordelijk is voor de bekende effecten van angiotensine II. Telmisartan vertoont geen partieel agonisme op de AT 1 -receptor.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) [HTML]

Les données expérimentales suggèrent que l'amlodipine se lie à la fois aux sites de fixation des dihydropyridines et des non-dihydropyridines.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

Experimentele gegevens wijzen erop dat amlodipine zowel aan dihydropyridine als nondihydropyridine bindingsplaatsen bindt.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) [HTML]

Le telmisartan présente une très forte affinité pour le récepteur AT 1 de l’angiotensine II. Il déplace l’angiotensine II de son site de fixation sur ce récepteur, responsable des effets connus de l’angiotensine II. Il n’a aucun effet agoniste partiel sur le récepteur AT.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

Telmisartan verdringt angiotensine II met een zeer hoge affiniteit van zijn bindingsplaats op het AT 1 -receptor subtype, welke verantwoordelijk is voor de bekende effecten van angiotensine II. Telmisartan vertoont geen partieel agonisme op de AT 1 -receptor.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) [HTML]

Le tafamidis se lie de façon non spécifique aux deux sites de fixation de la thyroxine présents sur la forme native tétramérique de la TTR, empêchant sa dissociation en monomères.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

Tafamidis bindt zich noncoöperatief aan de twee thyroxinebindingsplaatsen op de oorspronkelijke tetramere vorm van

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) [HTML]

Les données expérimentales suggèrent que l’amlodipine se lie aux sites de fixation à la fois à ceux des dihydropyridines et des non dihydropyridines.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

Experimentele gegevens wijzen erop dat amlodipine zowel aan dihydropyridinebindingsplaatsen als aan niet-dihydropyridinebindingsplaatsen bindt.

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) (...) [HTML]

http://www.ema.europa.eu/docs/ (...) [HTML]

D'autres ont cherché : fixation 2 obsession fixation site de fixation

datacenter (12): www.wordscope.be (v4.0.br)

site de fixation ->

Date index: 2023-09-06