La concentration plasmatique en sodium reste relativement stable, proche de 140 mmol/L, malgré des variations parfois considérables de l’apport en sel (donc en chlorure de sodium).
De natriumconcentratie in het plasma blijft tamelijk stabiel, dicht bij 140 mmol/L, ondanks soms aanzienlijke variaties in de zoutinname (natriumchloride).