Prise d'autres médicaments Il importe de toujours informer son médecin de l’utilisation d’autres médicaments actifs sur le système nerveux central comme les opiacés (puissants sédatifs), les barbituriques (somnifères), les neuroleptiques (médicaments utilisés contre les maladies mentales), les inhibiteurs sélectifs de la recapture de la sérotonine (ISRS), les benzodiazépines (somnifères), le Millepertuis, les médicaments hypotenseurs, la warfarine, la digoxine ou la fénytoïne.
Inname met andere geneesmiddelen Men moet steeds zijn geneesheer inlichten over het gebruik van andere geneesmiddelen die werkzaam zijn ter hoogte van het centrale zenuwstelsel zoals opiaten (sterke pijnstillers), barbituraten (slaapmiddelen), neuroleptica (geneesmiddelen bij mentale ziekten), selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s), benzodiazepines (slaapmiddelen), Sint-Janskruid, bloeddrukverlagende middelen, warfarine, digoxine of fenytoïne.