Les étrangers qui – sur base de l’article 9ter de la loi du 15 décembre 1980 sur l’accè
s au territoire, le séjour, l’établissement et l’éloignement des étrangers – demandent une autorisation de séjour en vue du traitement d’une maladie grave, ne peuvent bénéficier pendant l’examen de leur demande du droit aux soins de santé et indemnités, en qualité de
titulaire résident selon le règlement actuel des soins de santé et indemnités (loi coordonnée du 14.7.1994, art. 32, al. 1 er , 15° et A.R. du 3.7.1996, art. 128quinquies, § 1 er ) – Ex
...[+++]ception pour les mineurs d’âge non accompagnés.
Vreemdelingen die – op grond van artikel 9ter van de Wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen – een verblijfsvergunning vragen met het oog op de behandeling van een ernstige ziekte, hebben tijdens het onderzoek van hun aanvraag geen recht op geneeskundige verzorging als inwonende gerechtigde volgens de huidige reglementering geneeskundige verzorging en uitkeringen (Gecoördineerde Wet van 14.7.1994 art. 32, 1e lid, 15° en K.B. van 3.7.1996, art. 128quinquies, § 1) – Uitzondering voor niet-begeleide minderjarige vreemdelingen.