L’utilisation concomitante de Fentanyl Matrix EG et d’inhibiteurs du cytochrome P450 3A4 (CYP3A4) (par ex. ritonavir, kétoconazole, itraconazole, troléandomycine, clarithromycine, nelfinavir, néfazodone, vérapamil, diltiazem et amiodarone) peut entraîner une augmentation des concentrations plasmatiques de fentanyl, ce qui peut augmenter ou prolonger les effets tant thérapeutiques qu’indésirables et peut entraîner une dépression respiratoire sévère.
Interacties met andere geneesmiddelen: Interacties met CYP3A4-remmers: Gelijktijdig gebruik van Fentanyl Matrix EG met cytochroom P450 3A4-remmers (CYP3A4-remmers) (bv. ritonavir, ketoconazol, itraconazol, troleandomycine, claritromycine, nelfinavir, nefazodon, verapamil, diltiazem en amiodaron) kan resulteren in een stijging van de fentanylconcentraties in het plasma, wat kan leiden tot een versterking of verlenging van zowel de therapeutische effecten als de bijwerkingen, en kan ernstige ademhalingsdepressie veroorzaken.