Certains patients qui ne réagissent pas suffisamment à un antihypertenseur seul peuvent bénéficier de l’ajout de Lercanidipine EG à un traitement par un bêtabloquant (aténolol), un diurétique (hydrochlorothiazide) ou un inhibiteur de l'enzyme de conversion d’angiotensine (captopril ou énalapril).
Bepaalde patiënten die niet voldoende reageren op een enkelvoudig antihypertensief middel, kunnen baat hebben bij de toevoeging van Lercanidipine EG aan een behandeling met een bètablokker (atenolol), een diureticum (hydrochloorthiazide), of een ACE-inhibitor (captopril of enalapril).