Vertaling van "viandes et charcuteries " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

pain vapeur chinois à la viande
bapao met kip

plat de viande
vleesgerecht

viande de canard
eendenvlees

viande de pigeon
duivenvlees

curry de viande
vleescurry

bologne - agent de la viande
boterhamworst

viande de boeuf
rundvlees

viande de bœuf hachée
rundergehakt

dérivé de viande bovine
rundvleesproduct

viande de faisan
fazantenvlees

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Viandes et charcuteries (16-36% (charcuteries) 8-28% (préparations de viande)) 3.
Vlees en vleesproducten (16-36% (vleesproducten) (8-28% (vleesbereidingen)) 3.

Ils parfument bouillons, viandes, légumes, charcuteries et pâtisseries.
Ze gaan goed samen met bouillon, vlees, groenten, charcuterie en patisserie.

8. S’informer des aliments riches en cholestérol pour espacer leur consommation Les aliments riches en cholestérol sont les abats (foie, cervelle, rognons, etc.), le beurre et la crème fraîche, le jaune d’œuf, les viandes et charcuteries grasses, les fromages gras (parmesan,
8. Weten welke voedingsmiddelen cholesterolrijk zijn om het verbruik ervan beter te spreiden Echte cholesterolbommen zijn orgaanvlees (lever, hersenen, niertjes, .), boter en room, eierdooiers, vet vlees en vette fijne vleeswaren, vette kazen (Parmezaanse kaas, mascarpone, Comté, Gruyère, .), schaal- en weekdieren (oesters, scampi, .), . De aanbevolen

En dehors des produits laitiers, viandes et charcuteries, les familles de produits alimentaires qui contribuent de façon importante aux apports journaliers en AGS sont, selon les données de l’INCA 2 (AFSSA, 2009) et par ordre décroissant, les pâtisseries et gâteaux, les plats composés, les viennoiseries, les pizzas, quiches et pâtisseries salées, les sandwichs et casse-croutes, les biscuits sucrés ou salés et barres, la margarine, les condiments et sauces, etc.
De voedingswaren die naast vlees, charcuterie en zuivelproducten een belangrijke bijdrage leveren tot het verbruik van VVZ zijn, volgens de gegevens van de INCA 2 studie (AFSSA 2009) en in dalende volgorde, patisserie en gebak, samengestelde gerechten (“les plats composés” in het rapport), koffiekoeken, pizza's, quiches en gezouten gebakjes, sandwiches en sommige lunchpakketten (“casse-croutes” in het rapport), zoete of zoute koekjes en reepjes, margarine, sommige specerijen (“condiments” in het rapport) en sauzen enz. Volgens bepaalde industriëlen komt het vet dat aanwezig is in de meeste van deze voedingswaren vooral uit palmolie en bevat het aldus in belangrijke mate ath-VVZ.

Les « mauvaises graisses » se retrouvent dans les aliments d’origine animale : beurre, fromages gras, charcuteries grasses (saucisson, salami, pâté, boudin, etc.), viandes grasses (mouton, agneau, viandes hachées, viandes panées, etc.), biscuits, snacks, plats préparés, etc.
De «slechte vetten» vind je in producten van dierlijke oorsprong: boter, vette kazen, vette fijne vleeswaren (worst, salami, paté, bloedworst, .), vet vlees (schaap, lam, gehakt, gepaneerd vlees, .), koekjes, snacks, bereide maaltijden, .

On entend par déchets aussi bien les déchets non consommables (os, arêtes et pépins) que les déchets éventuellement consommables (bords gras de la viande et de la charcuterie, pelure de certains fruits, croûte de certains types de fromage).
Met afval wordt er bedoeld: zowel de niet-consumeerbare afval (benen, graten en pitten) als de eventueel-consumeerbare afval (vetrandjes aan vlees en vleeswaren, schil bij bepaalde fruitsoorten, pel bij bepaalde kaassoorten).

Selon les résultats de l’étude INCA 2, la consommation de charcuteries et de viandes autres que les volailles et le gibier, représente une contribution moins importante mais significative à l’apport en AGS (~13 % des apports) et AGS-ath (~7.5 % des apports).
Volgens de resultaten van de INCA 2 studie draagt het verbruik van charcuterie en vlees (behalve gevogelte en wild) in mindere mate maar toch wel significant bij tot de inname van VVZ (~13% van de inname) en van ath-VVZ (~7.5% van de inname).

La première place est occupée par le groupe beurre/margarine càd les margarines essentiellement (19,8 % de l’ingestion de PUFA’s), suivi par la pâte à tartiner au chocolat (9,8 %), les snacks sucrés tels que les biscuits (9.4 %), le pain et autres (8,3 %), les sauces salées (6,8 %), la viande et les produits dérivés (6,6 %), la charcuterie (6,4 %), les frites/croquettes (4,4 %), les poissons et produits de la pêche (2,9 %) et la volaille (2,7 %).
Op één komt de groep boter/margarine dus voornamelijk margarine (19,8% van de PUFA- inname), gevolgd door chocopasta (9,8%), zoete snacks zoals koekjes (9,4%), brood en dergelijke (8,3%), zoute sauzen (6,8%), vlees en vleesproducten (6,6%), charcuterie (6,4%), frieten/kroketten (4,4%), vis en visserijproducten (2,9%) en gevogelte (2,7%).

partie du sodium alimentaire (de 70 % à 75 % de l’apport total) est apportée sous forme d’aliments préparés par l’industrie alimentaire (pain, fromages, beurre salé, charcuteries et plats préparés), alors que la teneur en sodium de la plupart des denrées alimentaires naturelles est très faible (de 0,1 mmol/100g pour les fruits et légumes à 3 mmol/100g pour les viandes et les poissons).
de meeste natuurlijke voedingsmiddelen zeer laag is (van 0,1 mmol/100 g voor groenten en fruit tot 3 mmol/100g voor vlees en vis).

On estime que 30 % de l’acide folique ingéré provient des céréales, 30 % des légumes et des pommes de terre, 8 % du lait et des produits laitiers, 7 % des fruits et 6 % de la viande et des charcuteries (De Bree et al., 1997).
In de realiteit moeten we vaststellen dat 30 % van de foliumzuurinname komt van de granen, 30 % van groenten en aardappelen, 8 % van melk en melkproducten, 7 % van fruit en 6 % van vlees en vleesproducten (De Bree et al., 1997).