Le diagnostic correct dépend de la reconnaissance des signaux périphériques d'un bloc parasympathique, y compris pupilles dilatées et troubles de l'accommodation, peau chaude et sèche, rougeur du visage, une diminution des sécrétions de la bouche, du nez, de la gorge et des bronches, mauvaise haleine, une augmentation de la température du corps, tachycardie, arythmie cardiaque, une diminution des borborygmes intestinaux et rétention d'urine.
De correcte diagnose hangt af van het herkennen van de perifere signalen van een parasympathische blokkade, hierin begrepen gedilateerde pupillen en gestoorde accommodatie, een warme en droge huid, roodheid van het gezicht, een vermindering van mond-, neus-, keel en bronchussecreties, een slecht ruikende adem, een verhoging van de lichaamstemperatuur, tachycardie, cardiale aritmieën, vermindering van de intestinale geluiden en urineretentie.