L’analyse génotypique des isolats provenant de patients naïfs de traitement antirétroviral, présentant un échec virologique (n = 71) recevant la névirapine une fois par jour (n = 25) ou deux fois par jour (n = 46) en association avec la lamivudine et la stavudine pendant 48 semaines, a montré que les isolats provenant respectivement de 8 patients sur 25 et de 23 patients sur 46 contenaient au moins l’une des substitutions suivantes associées à une résistance aux INNTI : Y181C, K101E, G190A/S, K103N, V106A/M, V108I, Y188C/L, A98G, F227L et M230L.
Bij analyse van het genotype van stammen van patiënten die nog geen antiretrovirale middelen hadden gekregen en die een virologisch falen vertoonden (n = 71) tijdens behandeling met nevirapine eenmaal per dag (n = 25) of tweemaal per dag (n = 46) in combinatie met lamivudine en stavudine gedurende 48 weken, werd aangetoond dat de stammen die werden gekweekt bij respectievelijk 8/25 en 23/46 patiënten, één of meer van de volgende substituties vertoonden die resulteren in resistentie tegen NNRTI’s: Y181C, K101E, G190A/S, K103N, V106A/M, V108I, Y188C/L, A98G, F227L en M230L.