4° La détermination des instruments de mesure permettant de jauger l'évolution et les résultats du patient à la fin du programme de rééducation interdisciplinaire spécifique, ainsi que 6 et 12 mois calendrier plus tard : les paramètres, le moment de l'évaluation et, dans la mesure du possible, l’interprétation de l'éventuelle progression par rapport à divers paramètres.
4° Het vaststellen van de meetinstrumenten om de evolutie en de outcome bij het beëindigen van het specifiek interdisciplinair revalidatieprogramma, en 6 kalendermaanden en 12 kalendermaanden nadien, van de patiënten te meten: welke parameters, wanneer het evalueren en in de mate van het mogelijke hoe de eventuele progressie op de diverse parameters zal geïnterpreteerd kunnen worden.