7.6.4. Les installations de chauffage central à combustible solide ou liquide sont contrôlées en conformité avec l'arrêté royal du 6/01/1978 afin de prévenir la pollution atmosphérique lors du chauffage de bâtiments à l'aide de combustibles solides ou liquides.
7.6.4. De installaties voor centrale verwarming die vloeibare of vaste brandstoffen gebruiken, worden nagezien zoals bepaald in het koninklijk besluit van 6.1.1978, teneinde een luchtverontreiniging bij het verwarmen van het gebouw door middel van vaste of vloeibare brandstoffen te vermijden.