67. salue les progrès réalisés dans les négociations relatives à la proposition de règlement du Parlement européen et du Conseil modifiant le règ
lement (CE) n° 1073/1999 relatif aux enquêtes effectuées par l'Office européen de lutte antifraude (OLAF) et abrogeant le règlement (Euratom) n° 1074/199
9 (COM(2011)0135); estime que ce règlement devrait être adopté dans les meilleurs délais; est néanmoins convaincu qu'à la lumière des derniers développements entourant l'OLAF et de la façon dont ses enquêtes sont menées, les recommandations
...[+++] du comité de surveillance figurant à l'annexe 3 de son rapport d'activité annuel pour 2012 doivent être prises en considération; juge inacceptable que le comité de surveillance, qui est l'organe qui supervise l'application des garanties de procédure, le respect des droits fondamentaux et le respect par le personnel de l'OLAF des règles internes sur les procédures d'enquête, n'ait pas pu accéder, dans un certain nombre de cas, à des dossiers appartenant à des enquêtes clôturées, y compris des rapports d'enquête finaux transmis aux autorités judiciaires nationales; 67. verheugt zich over de geboekte vooruitgang in de onderhandelingen over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verord
ening (EG) nr. 1073/1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) en tot intrekking van Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 (COM(2011)0135); is van mening dat deze verordening onverwijld zou moeten worden goedgekeurd; is er - in het licht van de laatste ontwikkelingen rondom OLAF en de manier waarop OLAF zijn onderzoeken verricht - overigens van overtuigd dat de aanbevelingen van het comité van toezicht in bijlage 3 bij zijn jaarl
...[+++]ijks activiteitenverslag 2012 in overweging moeten worden genomen; vindt het onaanvaardbaar dat het comité van toezicht, het orgaan dat erop toeziet dat de procedurele garanties worden geboden, de grondrechten worden geëerbiedigd en het OLAF-personeel zich houdt aan de interne voorschriften inzake onderzoeksprocedures, in een aantal gevallen geen rechtstreekse inzage heeft gekregen in dossiers in het kader van afgesloten onderzoeken, waaronder de definitieve onderzoeksrapporten die aan de nationale gerechtelijke instanties zijn toegezonden;