Le juge a quo interroge la Cour sur la différence de traitement qui découle de cet article entre, d'une part, le délai de prescription auquel est soumise l'action en réparation du préjudice causé par un manquement aux dispositions de la loi du 10 mars 1925 constitutif d'une infraction et, d'autre part, le délai de prescription auquel est soumise l'action en réparation du préjudice causé par un manquement aux dispositions de la même loi, mais qui n'est pas constitutif d'une infraction.
De verwijzende rechter stelt het Hof de vraag over het verschil in behandeling dat uit dat artikel voortvloeit tussen, enerzijds de verjaringstermijn waaraan de vordering tot vergoeding van de schade, veroorzaakt door een overtreding van de bepalingen van de wet van 10 maart 1925 die een misdrijf vormt, is onderworpen en anderzijds, de verjaringstermijn waaraan de vordering tot vergoeding van de schade, veroorzaakt door een overtreding van de bepalingen van dezelfde wet die evenwel geen misdrijf vormt, is onderworpen.