Dans le cadre d'interceptions de communications par le Service général du Renseignement et de la Sécurité des Forces armées, le Comité permanent de contrôle des services de renseignement, sans préjudice des autres compétences attribuées à ce Comité par la loi du 18 juillet 1991, a le droit de faire cesser des interceptions en cours lorsqu'il apparaît que les conditions de celles-ci ne respectent manifestement pas les dispositions légales et/ou l'autorisation visée à l'article 44bis , 1°, alinéa 2.
In het kader van de interceptie van communicatie door de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht heeft het Vast Comité van toezicht op de inlichtingendiensten, ongeacht de andere bevoegdheden aan dit Comité toegekend op basis van de wet van 18 juli 1991, het recht de aan de gang zijnde intercepties te doen stopzetten wanneer blijkt dat de voorwaarden waarin ze uitgevoerd worden klaarblijkelijk de wettelijke bepalingen en/of de toelating bedoeld in artikel 44bis ,1°, tweede lid, niet respecteren.