On notera la présence de milieux marécageux de grand intérêt biologique (flore, avifaune, batraciens, odonates) : station de Carex elongata, très rare dans la région et dernière station wallonne connue pour Aeschna isoceles, une libellule peut-être disparue aujourd'hui; la présence de landes sur sols sablonneux (à conserver et restaurer), de hêtraies de bonne qualité, d'un habitat très rare pour la zone atlantique : les tourbières boisées.
Op te merken is de aanwezigheid van moerasmilieus met een hoge biologische waarde (flora, avifauna, kikvorsachtigen, libellen) : habitat voor de Carex elongata, zeer zeldzaam in de streek en laatste Waals habitat bekend voor de Aeschna isoceles, een waterjuffer die nu misschien uitgestorven is; de aanwezigheid van heiden op zandgronden (te behouden of te herstellen), van kwaliteitsvolle beukenbossen, van een zeer zeldzaam habitat voor het atlantische gebied : hoogveenbossen.