L'examen consiste en quatre parties : 1° une partie théorique relative à la technique frigorifique ; 2° une partie théorique ayant trait à la connaissance de la législation en matière de la technique du froid ; 3° une partie pratique relative aux opérations impliquant des gaz à effet de serre fluorés ou des substances appauvrissant la couche d'ozone ; 4° une partie pratique relative à une épreuve de brasage fort.
Het examen bestaat uit vier onderdelen : 1° een theoretisch onderdeel met betrekking tot koeltechniek; 2° een theoretisch onderdeel met betrekking tot de kennis van de wetgeving inzake koeltechniek; 3° een praktisch onderdeel met betrekking tot handelingen met gefluoreerde broeikasgassen of ozonlaagafbrekende stoffen; 4° een praktisch onderdeel met betrekking tot een hardsoldeerproef.