9. Un Etat contractant ne peut percevoir aucun impôt sur les dividendes payés par un résident de l'autre Etat, sauf dans la mesure où les dividendes sont payés à un résident du premier Etat ou dans la mesure où les dividendes sont imputables à un établissement stable situé dans le premier Etat, ni percevoir
aucun impôt sur les bénéfices non distribués d'une société (corporation), sauf lorsqu'une telle imposition est prévue au paragraphe 10, même si les dividendes payés o
u les bénéfices non distribués consistent en tout ou en partie en
...[+++] bénéfices ou revenus provenant de cet Etat.
9. Een overeenkomstsluitende Staat mag geen belasting heffen op dividenden die door een inwoner van de andere Staat worden betaald, behalve voor zover de dividenden aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat worden betaald of voor zover de dividenden kunnen worden toegerekend aan een in de eerstgenoemde Staat gelegen vaste inrichting, noch een belasting heffen op de niet uitgedeelde winst van een vennootschap (corporation), behoudens het bepaalde in paragraaf 10, zelfs indien de betaalde dividenden of de niet uitgedeelde winst geheel of gedeeltelijk bestaan uit winst of inkomsten die uit die Staat afkomstig zijn.