Art. 91. Le caporal qui a un rengagement en cours au 1 janvier 2011, n'est, jusqu'à la fin de son rengagement en cours, pas tenu de suivre la formation continuée et de passer les épreuves professionnelles pour l'avancement au grade de caporal-chef, visées à l'article 59, s'il satisfait pendant son rengagement en cours aux conditions d'ancienneté pour être nomme au grade de caporal-chef.
Art. 91. De korporaal die op 1 januari 2011 een lopende wederdienstneming heeft, is tot het einde van zijn lopende wederdienstneming, er niet toe gehouden de voortgezette vorming te volgen en de beroepsproeven voor de bevordering tot de graad van korporaal-chef af te leggen, bedoeld in artikel 59, indien hij tijdens die lopende wederdienstneming voldoet aan de anciënniteitsvoorwaarden om in de graad van korporaal-chef benoemd te worden.