4.3. Les membres accrédités des missions diplomatiques et des représentations consulaires et leur famille peuvent entrer sur le territoire des États membres sur présentation de la carte visée à l'article 19, paragraphe 2, accompagnée du document permettant le franchissement de la frontière.
4.3. Geaccrediteerde leden van diplomatieke en consulaire diensten en hun gezinsleden krijgen toegang tot het grondgebied van de lidstaten na overlegging van de in artikel 19, lid 2, bedoelde kaart, vergezeld van een grensoverschrijdingsdocument.