Art. 3. Dans le même arrêté, modifié en dernier lieu par l'arrêté du Gouvernement flamand du 27 novembre 2015, il est ajouté un article 39bis, rédigé comme suit : « Art. 39 bis. Si le demandeur, visé à l'article 1, 1°, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 27 novembre 2015 relatif à l'introduction et au traitement de la demande d
'un budget pour les soins et le soutien non directement accessibles pour personnes majeures handicapées et relatif à la mise à disposition dudit budget, demande à l'agence une reconsidération de l'intention de décision de l'agence d'attribution d
'un budget pour les soins ...[+++] et le soutien non directement accessibles tel que visé au chapitre 5 du décret du 25 avril 2014 portant le financement qui suit la personne pour des personnes handicapées et portant réforme du mode de financement des soins et du soutien pour des personnes handicapées, la commission consultative ne peut vérifier pour la catégorie de budget accordée si le besoin de soins et de soutien, visé à l'article 12, alinéa 2, 2°, de l'arrêté précité, a été objectivé conformément aux règles pour l'objectivation, visées à l'article 13, alinéa 3, de l'arrêté précité. Le cas échéant, la commission ne peut conseiller de faire objectiver à nouveau le besoin de soins et de soutien par une équipe multidisciplinaire agréée par l'agence pour établir un rapport multidisciplinaire.Art. 3. In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, wordt een artikel 39bis ingevoegd, dat luidt als volgt: "Art. 39 bis. Als de aanvrager, vermeld in artikel 1, 1°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 over de indiening en de afhandeling van de aanvraag van een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over de terbeschikkingstelling van dat budget, bij het agentschap heroverweging vraagt van een voornemen van beslissing van het agentschap tot toewijzing van een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning als vermeld in hoofdstuk 5 van het decreet van 25 april 201
...[+++]4 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap, dan kan de adviescommissie voor de toegewezen budgetcategorie alleen nagaan of de nood aan ondersteuning, vermeld in artikel 12, tweede lid, 2°, van het voormelde besluit, werd geobjectiveerd conform de regels voor objectivering, vermeld in artikel 13, derde lid, van het voormelde besluit, en in voorkomend geval alleen adviseren om de nood aan ondersteuning opnieuw te laten objectiveren door een multidisciplinair team dat door het agentschap wordt erkend om een multidisciplinair verslag af te leveren.