Art. 5. Le plan de personnel visé à l'article 185, § 2, alinéa 1, du Code judiciaire décrit, pour l'année sur laquelle il porte, la projection finale souhaitée des membres du personnel et magistrats payés en ETP et de leur charge budgétaire, partant de la projection initiale des ETP payés et de leur charge budgétaire.
Art. 5. Het personeelsplan, bedoeld in artikel 185, § 2, eerste lid, Gerechtelijk Wetboek beschrijft, voor het jaar waarop het betrekking heeft, de gewenste eindprojectie van de betaalde personeelsleden en magistraten in VTE en hun budgettaire last uitgaande van de initiële projectie van de betaalde VTE's en hun budgettaire last.