La Cour de cassation a tempéré cet effet erga omnes et accepté que l'autorité de la chose jugée au pénal ne vaille que pour les parties ayant eu la possibilité, durant le procès pénal, de présenter leur moyens et leurs observations (Cass. , 15 février 1991, R. T. D. H. , 1992, p. 227 avec note de M. Franchimont).
Het Hof van Cassatie heeft deze erga omnes-werking getemperd en aanvaard dat het gezag van het strafrechtelijk gewijsde slechts geldt voor de partijen die tijdens het strafproces de gelegenheid hadden om hun verhaal en opmerkingen naar voor te brengen (Cass. , 15 februari 1991, RTDH, 1992, blz. 227 met noot M. Franchimont).