Les membres du personnel visés au § 1, qui, sur la base de la réglementation en vigueur avant le 1 septembre 2005, étaient porteurs par mesure transitoire, d'un titre jugé suffisant pour le cours général « courants philosophiques », et qui, à partir du 1 septembre 2005, ne sont pas porteurs d'un titre jugé suffisant dans le degré et/ou la forme d'enseignement concerné, sont censés être porteurs d'un titre jugé suffisant pour le cours général « philosophie » dans le degré et/ou la forme d'enseignement concerné.
De personeelsleden, genoemd in § 1, die op basis van de reglementering die voor 1 september 2005 van kracht was via overgangsmaatregelen in het bezit waren van een voldoende geacht bekwaamheidsbewijs voor het algemeen vak wijsgerige stromingen, en vanaf 1 september 2005 geen voldoende geacht bekwaamheidsbewijs hebben in de betreffende graad en/of onderwijsvorm worden geacht in het bezit te zijn van een voldoende geacht bekwaamheidsbewijs voor het algemeen vak filosofie in de betreffende graad en/of onderwijsvorm.