Facteurs par lesquels le couple et la puissance mesurés doivent être multipliés pour déterminer le couple et la puissance d'un moteur, en tenant compte du rendement de la transmission (facteur á2), utilisés lors des essais et pour rapporter ce couple et cette puissance aux conditions atmosphériques de référence spécifiées au point 4.2.1 (facteur á1).
Factoren waarmee het gemeten koppel en het gemeten vermogen moeten worden vermenigvuldigd om het koppel en het vermogen van een motor te bepalen, rekening houdend met het rendement van de overbrenging (factor á2) die tijdens de tests wordt gebruikt, en om dat koppel en dat vermogen onder de in punt 4.2.1 gespecificeerde atmosferische referentieomstandigheden (factor á1) te brengen.