« Art. 8. Les organismes de crédit et d'assurance ne peuvent intervenir à titre définitif dans une transaction d'importation, d'exportation ou de transit d'armes, de munitions ou de matériel devant servir spécialement à un usage militaire qu'à la condition suspensive que le bénéficiaire du crédit ou de l'assurance ait obtenu une licence valable d'importation, d'exportation ou de transit, au moment où son contrat est devenu définitif et que son exécution doit commencer.
« Art. 8. De krediet- en verzekeringsinstellingen kunnen alleen definitief deel hebben aan een transactie inzake in-, uit- of doorvoer van wapens, munitie of speciaal voor militair gebruik dienstig materieel onder de opschortende voorwaarde dat de begunstigde van het krediet of van de verzekering een geldige vergunning heeft gekregen voor in-, uit- of doorvoer, op het ogenblik dat zijn contract definitief geworden is en er een begin van uitvoering moet worden aan gegeven».