Ce processus d'annulation de domiciliation suivie d'une facturation de garantie pouvait conduire à une différence de montant entre la garantie initiale (basée sur un montant forfaitaire minimal) et la nouvelle garantie, directement liée au montant des factures intermédiaires établies à partir des consommations réelles du client.
De annulering van domiciliëring gevolgd door een facturatie van waarborg kon aanleiding geven tot een verschil tussen de oorspronkelijke waarborg (gebaseerd op een minimaal forfaitair bedrag) en de nieuwe waarborg die rechtstreeks gekoppeld was aan de bedragen van tussentijdse facturen opgesteld op basis van het werkelijk verbruik van de afnemer.