La châtaigne fraîche, au moment de la mise à la consommation, présente: coloration extérieure du péricarpe de marron clair à brun foncé; hile plus ou moins étendu, jamais débordant sur les bandes latérales, de couleur noisette; rayonnement en étoile; épicarpe de jaune à marron clair; consistance fondamentalement croquante; graine de blanc à crème; saveur douce et délicate; calibre: nombre maximum d'akènes au kg = 110.
Verse kastanjes die voor consumptie worden aangeboden vertonen: een licht- tot donkerbruine kleur van het exocarp; een vrij groot nootbruin hilum dat zich nooit tot over de zijkanten uitstrekt; een stervormige kroon; een gele tot lichtbruine kleur van het mesocarp, met een meestal knapperige textuur; witte tot roomkleurige zaden; een zoete en verfijnde smaak; een grootte per stuk van maximum 110 vruchten per kilogram.