G. considérant que la Cour a indiqué que, si le montant maximum de la prime exceptionnelle était de 13,5 % pour la période de 18 mois courant du 1 juillet 1997 au 31 décembre 1998, certains salariés de l'Institut monétaire européen/de la Banque centrale européenne ont reçu une prime allant jusqu'à 38 % de leur salaire annuel de base pendant une période de 54 mois couvrant toute la durée d'activité de l'IME (c'est-à-dire quatre ans et demi),
G. overwegende dat de Rekenkamer ten aanzien van de uitzonderlijke premie vaststelde dat het maximum hiervoor 13,5% van het basisjaarsalaris was voor de periode van 18 maanden vanaf 1 juli 1997 tot en met 31 december 1998, doch dat sommige werknemers van het Europees Monetair Instituut/Europese Centrale Bank een premie ontvingen die kon oplopen tot 38% daarvan voor een periode van 54 maanden, die geheel de werkingsduur van het EMI dekt (d.w.z. 4,5 jaar),