Traduction de «Mannitol » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

C6H8(0H)6 | D-Mannitol | E421 | mannite | mannitol | sucre de manne
D-mannasuiker | D-manniet | D-mannitol | E421 | mannitol

hexanitrate de mannitol
mannitolhexanitraat

hexanitrate de mannitol | hexanitrate de mannitrol
mannitolhexanitraat | mannitrolhexanitraat

produit contenant du mannitol sous forme parentérale
product dat mannitol in parenterale vorm bevat

produit contenant du mannitol
product dat mannitol bevat

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Le règlement (UE) no 231/2012 établit les spécifications du mannitol [E 421 (i)] et du mannitol fabriqué par fermentation [E 421 (ii)].
Bij Verordening (EU) nr. 231/2012 zijn specificaties vastgelegd voor Mannitol (E 421 (i)) en door middel van fermentatie vervaardigde Mannitol (E 421 (ii)).

La clarté et la cohérence commandent que le «mannitol [E 421 (i)]» déjà autorisé comme additif alimentaire soit renommé «mannitol fabriqué par hydrogénation» et que sa définition soit modifiée en conséquence.
Met het oog op meer duidelijkheid en coherentie dient de benaming van het momenteel toegestane levensmiddelenadditief „Mannitol (E 421 (i))” veranderd te worden in „Mannitol door hydrogenering”, en dient dus ook de beschrijving aangepast te worden.

Il convient dès lors de modifier les spécifications de certains additifs alimentaires, à savoir le sorbitol [E 420 (i)], le sirop de sorbitol [E 420 (ii)], le mannitol [E 421 (i)], le mannitol fabriqué par fermentation [E 421 (ii)], l’isomalt (E 953), le maltitol [E 965 (i)], le sirop de maltitol [E 965 (ii)], le xylitol (E 967) et l’érythritol (E 968), pour supprimer les critères relatifs aux chlorures, aux sulfates et aux cendres sulfatées et les remplacer par un critère unique portant sur la conductivité.
Derhalve dienen de specificaties te worden aangepast voor de levensmiddelenadditieven Sorbitol (E 420 (i)), Sorbitolstroop (E 420 (ii)),), door middel van fermentatie vervaardigde Mannitol (E 421 (ii)), Isomalt (E 953), Maltitol (E 965 (i)), Maltitolstroop (E 965 (ii)), Xylitol (E 967) en Erythritol (E 968), door de criteria betreffende chloride, sulfaat en sulfaatas te schrappen en te vervangen door één enkel criterium, namelijk geleidingsvermogen (conductiviteit).

La fraction du produit qui n’est pas du mannitol est principalement composée de sorbitol (2 % au plus), de maltitol (2 % au plus) et d’isomalt [1,1 GPM (1-O-α-D-glucopyranosyl-D-mannitol déshydraté): 2 % au plus et 1,6 GPS (6-O-α-D-glucopyranosyl-D-sorbitol): 2 % au plus].
Voor de rest bestaat het hoodfdzakelijk uit sorbitol (maximaal 2 %), maltitol (maximaal 2 %) en isomalt (1,1 GPM: 1-O-alpha-D-Glucopyranosyl-D-mannitol-dihydraat): 2 % max and 1,6 GPS (6-O-alpha-D- Glucopyranosyl-D-Sorbitol): 2 % max).

3) succédanés de plasma (par ex. l'administration intraveineuse d'albumine, dextran, hydroxyéthylamidon et mannitol);
3) middelen die het plasmavolume vergroten, (bv. intraveneuze toediening van albumine, dextraan, hydroxy-ethylzetmeel en mannitol);

Diurétiques et agents masquants Les diurétiques et agents masquants suivants sont interdits, incluant sans s'y limiter: 1) desmopressine; 2) probénécide; 3) succédanés de plasma (par ex. glycérol et l'administration intraveineuse d'albumine, dextran, hydroxyéthylamidon et mannitol); 4) acétazolamide; 5) amiloride; 6) bumétanide; 7) canrénone; 8) chlortalidone; 9) acide étacrynique; 10) furosémide; 11) indapamide; 12) métolazone; 13) spironolactone; 14) thiazides, par ex. bendrofluméthiazide, chlorothiazide et hydrochlorothiazide; 15) triamtérène ; 16) vaptans, par ex. tolvaptan. 17) des autres substances possédant une structure chimique similaire ou un effet biologique similaire; (sauf drospirénone; pamabrome et l'usage ophtalmique d'inhibiteurs de l'anhydrase carbonique (dorzolamide, brinzolamide) qui ne sont pas interdits.
Diuretica en maskerende middelen : De volgende diuretica en maskerende middelen, met inbegrip van, maar niet beperkt tot : 1) desmopressine; 2) probenecid; 3) middelen die het plasmavolume vergroten, (bv. glycerol, intraveneuze toediening van albumine, dextraan, hydroxy-ethylzetmeel en mannitol); 4) acetazolamide; 5) amiloride; 6) bumetanide; 7) canrenon; 8) chloortalidon; 9) etacrynezuur; 10) furosemide; 11) indapamide; 12) metolazon; 13) spironolacton; 14) thiaziden, bv. bendroflumethiazide, chloorthiazide en hydrochloorthiazide; 15) triamtereen; 16) vaptanen, bv. tolvaptan 17) andere stoffen met een vergelijkbare scheikundige structuur of vergelijkbare biologische werking; (behalve drospirenon, pamabrom en topisch dorzolamide en brinzolamide, welke niet verboden zijn).

Les préparations et les aliments de sevrage pour nourrissons et enfants en bas âge peuvent contenir les substances E 414 (gomme arabique) et E 551 (dioxyde de silicium) résultant de l'addition de préparations de nutriments contenant au maximum 10 g/kg de chacune de ces substances, ainsi que la substance E 421 (mannitol) lorsque celle-ci est utilisée comme support de la vitamine B 12 (pas moins de 1 part de B 12 pour 1 000 parts de mannitol).
Zuigelingenvoeding en bijvoedingsmiddelen bij de overgang op vast voedsel voor zuigelingen en peuters mogen E 414 (acaciagom, Arabische gom) en E 551 (siliciumdioxide) bevatten afkomstig van de toevoeging van preparaten van voedingsstoffen die niet meer dan 10 g/kg van elk van deze stoffen bevatten, evenals E 421 (mannitol) als dit gebruikt wordt als draagstof voor vitamine B12 (ten minste 1 deel vitamine B12 op 1 000 delen mannitol).