Vertaling van "Ménage en état de précarité " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

ménage en état de précarité
gezin in een precaire toestand

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

1° dans l'alinéa 1, les mots « ménages en état de précarité ou à revenus modestes ou moyens » sont remplacés par les mots « ménages de catégorie 1, 2 ou 3 »;
1° in het eerste lid worden de woorden "de in een precaire toestand verkerende of een bescheiden of gemiddeld inkomen hebbende) gezinnen " vervangen door de woorden "de gezinnen van categorie 1, 2 of 3";

Art. 66. Dans l'article 175.17, § 2, 9°, du même Code, inséré par le décret du 15 mai 2003, les mots « à des ménages en état de précarité, à revenus modestes ou à revenus moyens » sont remplacés par les mots « à des ménages de catégorie 1, 2 ou 3 ».
Art. 66. In artikel 175.17, § 2, 9°, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij het decreet van 15 mei 2003, worden de woorden "aan gezinnen die in een precaire toestand verkeren, aan gezinnen met een bescheiden of een gemiddeld inkomen" vervangen door de woorden "aan gezinnen van categorie 1, 2 of 3".

l) dans le 36°, les mots « à des ménages en état de précarité, à revenus modestes ou à revenus moyens » sont remplacés par les mots « à des ménages de catégorie 1, 2 ou 3 »;
l) in 36° worden de woorden "aan gezinnen die in een precaire toestand verkeren, aan gezinnen met een bescheiden of een gemiddeld inkomen" vervangen door de woorden "aan gezinnen van categorie 1, 2 of 3";

1) les mots « ménage en état de précarité » sont remplacés par les mots « ménage de catégorie 1 »;
l) de woorden "gezin in een precaire toestand " worden vervangen door de woorden "gezin van categorie 1";

Art. 70. Dans l'article 198, 2°, du même Code, modifié par le décret du 15 mai 2003, les mots « aux ménages en état de précarité » sont remplacés par les mots " aux ménages de catégorie 1 ».
Art. 70. In artikel 198, 2°, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij het decreet van 15 mei 2003, worden de woorden "aan de in een precaire toestand verkerende gezinnen" vervangen door de woorden "aan de gezinnen van categorie 1".

(78) Par ménage en état de précarité, on entend: a) la personne seule dont les revenus annuels imposables globalement ne dépassent pas 12 000 euros majorés de 2 200 euros par enfant à charge, b) plusieurs personnes unies ou non par des liens de parenté dont les revenus annuels imposables globalement ne dépassent pas 16 400 euros majorés de 2 200 euros par enfant à charge, c) le ménage faisant l'objet d'une guidance auprès d'un Service de Médiation de dettes agréé par le gouvernement et dont les ressources mensuelles ne dépassent pas 120 % du montant du revenu d'intégration sociale correspondant à la composition de ce ménage.
(78) Met « gezin in precaire toestand » bedoelt men : a) de alleenstaande waarvan het belastbaar jaarinkomen niet hoger is dan 12 000 euro, verhoogd met 2 200 euro per kind ten laste, b) verscheidene personen waartussen al dan niet verwantschapsbanden bestaan, waarvan het belastbaar jaarinkomen in totaal niet hoger is dan 16 400 euro, verhoogd met 2 200 euro per kind ten laste, c) het gezin dat begeleid wordt door een door de regering erkende Schuldbemiddelingsdienst en waarvan de maandelijkse middelen niet hoger zijn dan 120 % van het leefloonbedrag voor de samenstelling voor dat gezin.

Il est destiné à l'hébergement temporaire de ménages en état de précarité (78) ou de ménages privés de logement pour des motifs de force majeure.
Ze is bestemd voor de tijdelijke huisvesting van « gezinnen in precaire toestand » (78) of van gezinnen die wegens overmacht geen woning hebben.

Parallèlement à un accroissement substantiel des efforts et des moyens du logement social, à l'application de normes européennes plus strictes en matière de construction (directive 2002/91/CE sur la performance énergétique des bâtiments) et à une meilleure régulation du marché privé du logement, il faut aussi s'efforcer de maintenir les coûts énergétiques au niveau le plus bas possible, ce qui permettrait à bon nombre de ménages vivant dans la précarité de bénéficier chaque année d'un accroissement du revenu dont ils disposent.
Naast een forse verhoging van de inspanningen en middelen voor sociale huisvesting, de toepassing van de strengere Europese bouwnormen (energieprestatierichtlijn 2002/91/EG) en de betere regulering van de private woonmarkt, moet men ook proberen de energiekost zelf zo laag mogelijk te houden.