1. En application de l'article 23, § 2, de l'arrêté royal du 19 décembre 1990 relatif à l'identification des bovins, le responsable, en cas de perte de la marque auriculaire plastique, peut soit procéder lui-même au remarquage avec une plaquette auriculaire plastique portant le même numéro de travail, soit prévenir l'agent marqueur de la fédération qui procédera au remarquage du bovin.
1. In toepassing van artikel 23, § 2, van het koninklijk besluit van 19 december 1990 betreffende de identificatie van runderen, kan de verantwoordelijke, in geval van verlies van het plastieken oormerk, hetzij zelf overgaan tot het opnieuw merken met een plastieken oorplaatje dat hetzelfde werknummer draagt, hetzij de agent-merker van het verbond verwittigen, die zal overgaan tot het opnieuw merken van het rund.