Dans les sept jours calendaires après l'expiration de la période de consultation, visée au paragraphe 2, et du délai de trente jours calendaires, visé au paragraphe 3, alinéa 2, l'agence transmet une copie des observations, objections et avis soumis à l'auteur du plan de gestion de la nature.
Binnen zeven kalenderdagen na het verstrijken van de consultatieperiode, vermeld in paragraaf 2, en van de termijn van dertig kalenderdagen, vermeld in paragraaf 3, tweede lid, bezorgt het agentschap een kopie van de ingediende opmerkingen, bezwaren en adviezen aan de indiener van het natuurbeheerplan.