2. En l’absence de programmes à réaliser d
ans les pays tiers, pour l’une ou plusieurs des actions d’information visées à l’article 2, paragraphe 1, points a), b) et c), présentés conformément à l’article 6, paragraphe 1, le ou les États membres concernés définissent, sur la base des lignes directrices visées à l’article 5, paragraphe 2, un programme et le cahier des charge
s correspondant, et procèdent par appel d’offres public à la
sélection ...[+++] de l’organisme chargé de l’exécution du programme qu’ils s’engagent à cofinancer.
2. Bij het ontbreken van in derde landen uit te voeren programma’s stellen de betrokken lidstaten voor één of meer van de in artikel 2, lid 1, onder a), b) en c), bedoelde en overeenkomstig artikel 6, lid 1, ingediende voorlichtingsacties een programma en de overeenkomstige specificatie op aan de hand van de in artikel 5, lid 2, bedoelde richtsnoeren en selecteren zij via een openbare inschrijvingsprocedure een instantie die wordt belast met de uitvoering van het door hen mee te financieren programma.