- crevasses (y compris crevasses de croissance), fissures, coupures, morsures, meurtrissures ou rugosités de la peau (seulement pour les variétés dont la peau n'est pas normalement rugueuse) dépassant 5 mm de profondeur;
- barsten (met inbegrip van groeischeuren), spleten, insnijdingen, insektenbeten, kneuzingen of ruwheid van de schil (enkel voor de variëteiten waarvan de schil normaal niet ruw is) met een diepte van meer dan 5 mm;