Rigidité du DAFS: Une fois fixé aux barres d'ancrage rigides, avec la partie transverse frontale du DAFS supportée par une barre rigide qui est tenue au centre par un pivot longitudinal de 25 mm sous la base du DAFS (pour permettre la flexion et la torsion de la base du DAFS), le mouvement du point X ne doit dans aucune direction être supérieur à 2 mm lorsque les forces sont appliquées conformément à ce qui est spécifié au paragraphe 6.6.4 du présent règlement.
Stijfheid van de voorziening voor het uitoefenen van statische krachten: bevestigd aan een of meer onbuigzame verankeringsstangen en met de voorste dwarsbalk van de voorziening ondersteund door een onbuigzame stang met in het midden een overlangs scharnier 25 mm lager dan de onderkant van de voorziening (waardoor de onderkant van de voorziening kan plooien en verdraaien), mag het X-punt zich in geen enkele richting meer dan 2 mm verplaatsen bij de uitoefening van de krachten in tabel 1 van punt 6.6.4 van dit reglement.