Art. 8. § 1. Un nantissement ou une garantie équivalente peut être requis aux conditions précisées dans un règlement de la CBFA pour la prise en considération, comme valeurs représentatives, des créances sur des entreprises de réassurance non agréées au titre de la directive 2005/68/CE ou sur des entreprises d'assurances non agréées au titre des directives 73/239/CEE ou 2002/83/CE.
Art. 8. § 1. Er kan worden vereist dat zekerheden of een gelijkwaardige waarborg worden verstrekt, onder de in een reglement van de CBFA bepaalde voorwaarden, voor het gebruik, als dekkingswaarden, van de vorderingen op herverzekeringsondernemingen waaraan geen vergunning is verleend krachtens Richtlijn 2005/68/EG of verzekeringsondernemingen waaraan geen vergunning is verleend krachtens de Richtlijnen 73/239/EEG of 2002/83/EG.