b) En cas de liquidation, et sans préjudice à l'article 49, les membres du réseau du crédit professionnel doivent affecter, conformément à leurs statuts, après l'apurement de tout le passif et le remboursement de leur mise aux associés, le surplus de liquidation à un autre membre du réseau du crédit professionnel ou, à défaut, au Fonds de vieillissement, visé à l'article 42.
b) In geval van vereffening, en onverminderd artikel 49, dienen de leden van het net van het beroepskrediet, na aanzuivering van het gehele passief en de terugbetaling aan de vennoten van hun inbreng, overeenkomstig hun statuten, het vereffeningsoverschot te bestemmen voor een ander lid van het beroepskrediet of, bij gebreke daaraan, in artikel 42 bedoelde Zilverfonds.