De 1982 à 1988, en effet, le pourcentage de femmes élues a augmenté de 4,5 %, et ce, sans aucune mesure légale destinée à promouvoir une présence équilibrée des hommes et des femmes sur les listes de candidats (Een definitieve stap vooruit ), Ann Carton, « Jaarboek 1994 van de Nederlandstalige Vrouwenraad »).
Van 1982 naar 1988 steeg het percentage vrouwelijke verkozenen immers met 4,5 % en dit zonder wettelijke maatregel ter bevordering van een evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen op de kandidatenlijsten (« Een definitieve stap vooruit », Ann Carton, in het Jaarboek 1994 van de Nederlandstalige Vrouwenraad ).