Les réservoirs verticaux aériens équipés d'un toit flottant interne doivent être pourvus d'un revêtement primaire, de sorte qu'en comparaison avec un réservoir comparable à toit fixe sans dispositifs de gestion de vapeur, notamment un réservoir à toit fixe et uniquement une soupape de vidange/soupape de surpression, au total 90 % ou plus de la vapeur soit retenue.
Bovengrondse verticale houders uitgerust met een intern vlottend dak moeten voorzien zijn van een primaire afdichting, zodat in vergelijking met een vergelijkbare houder met vast dak zonder dampbeheersvoorzieningen, met name een houder met vast dak en alleen vacuüm/overdrukklep, in totaal 90 % of meer van de damp wordt vastgehouden.