Lorsque la période de déclaration ne convient pas pour la détermination de ces valeurs de substitution en raison de modifications techniques importantes intervenues dans l’installation, l’exploitant convient avec l’autorité compétente d’un intervalle de temps représentatif, correspondant si possible à une année, pour déterminer la moyenne et l’écart-type.
Indien de verslagperiode als zodanig niet bruikbaar is voor het bepalen van dergelijke vervangende waarden omdat de installatie fundamentele technische veranderingen heeft ondergaan, komt de exploitant met de bevoegde autoriteit een representatief tijdsinterval overeen, zo mogelijk van één jaar, voor het bepalen van het gemiddelde en de standaardafwijking.