2° les donations entre une personne et l'enfant qu'elle a élevé comme parent d'accueil au sens de l'article 1, 5°, du décret du 4 mars 1991 relatif à l'aide à la jeunesse, ou comme tuteur, subrogé tuteur ou tuteur officieux au sens du Titre X du Livre premier du Code civil, à la condition que l'enfant, avant d'avoir atteint l'âge de vingt et un ans et pendant six années ininterrompues, ait reçu exclusivement ou principalement de cette personne, ou éventuellement de cette personne et de son conjoint ou de son cohabitant légal ensemble, les secours et les soins que les enfants reçoivent normalement de leurs parents».
2° de schenkingen tussen een persoon en het kind dat door die persoon als opvangouder in de zin van artikel 1, 5°, van het decreet van 4 maart 1991 inzake hulpverlening aan de jeugd of als voogd, to
eziende voogd of pleegvoogd in de zin van Titel X van Boek één van het Burgerlijk Wetboek is opgevoed, op voorwaarde dat het kind, vóór de leeftijd van eenentwintig jaar te hebben bereikt en tijdens zes ononderbroken jaren, uitsluitend of hoofdzakelijk van die persoon, of eventueel van die persoon en diens echtgenoot/echtgenote of diens wettelijk samenwonende tezamen, de bijstand en de zorg heeft gekregen die kinderen normalerwijze van hun oud
...[+++]ers krijgen».