2.1.4. avoir été soumis aux tests suivants, effectués sur des échantillons prélevés durant les quinze derniers jours de la période de quarantaine établie au point 2.1.1. : a) en ce qui concerne la brucellose, une épreuve à l'antigène brucellique tamponné (test au rose Bengale), une épreuve ELISA par compétition (cELISA) ou une épreuve ELISA indirecte (iELISA); b) en ce qui concerne la maladie d'Aujeszky : i) dans l
e cas d'animaux non vaccinés, une épreuve ELISA
visant à détecter les anticorps contre le ...[+++]virus entier de la maladie d'Aujeszky ou contre ses glycoprotéines B (ADV-gB) ou D (ADV-gD), ou une épreuve de séroneutralisation; ii) dans le cas d'animaux vaccinés avec un vaccin gE délété, une épreuve ELISA
visant à détecter les anticorps contre la glycoprotéine E du virus de la maladie d'Aujeszky (ADV-gE).
2.1.4. zijn onderworpen aan de volgende t
ests, uitgevoerd op monsters die zijn verzameld gedurende de laatste 15 dagen van de in punt 2.1.1. vastgestelde quarantaineperiode : a) voor brucellose : een gebufferde Brucella-antigeentest (bengaals-roodtest), een competitieve ELISA (cELISA) of een indirecte ELISA (iELISA); b) voor de ziekte van Aujeszky : i) bij niet-ingeënte dieren, een ELISA voor de opsporing van antilicham
en tegen het gehele virus van de ziekte van Aujeszky of zijn glycoproteïne B (ADV-gB) of glycoproteïne D (ADV-gD) of
...[+++] een serumneutralisatietest; ii) bij dieren die zijn ingeënt met een gE-deletievaccin, een ELISA voor de opsporing van antilichamen tegen glycoproteïne E van het virus van de ziekte van Aujeszky (ADV-gE).