Cela signifierait ensuite la perte, pour la Belgique, d'un secteur qui, malgré la diminution de son importance relative, n'en demeure pas moins économiquement considérable avec ses 255 milliards de francs de valeur de production et ses 100 milliards de francs de valeur ajoutée brute, et qui contribuée à la croissance économique par l'achat aux secteurs d'amont (environ 180 milliards de francs) et par la fourniture de matières premières aux industries alimentaires dont les produits sont ensuite pris en charge par les commerces de gros et de détail.
Voor België zou dit ook het verlies betekenen van een sector die ondanks een verkleining van zijn relatief belang, toch economisch belangrijk blijft met een productiewaarde van 255 miljard frank en een bruto toegevoegde waarde van 100 miljard frank. Bovendien draagt hij bij tot de economische groei via aankopen in de toeleveringssectoren (ongeveer 180 miljard frank) en door de levering van grondstoffen aan de voedingsindustrieën, waarvan de producten vervolens terechtkomen bij groot- en kleinhandelaars.