29. souligne que la viabilité environnementale dépend d'une
réduction en valeur absolue de l'utilisation des ressources; souligne la né
cessité de mettre à profit la crise économique actuelle pour effectuer une transition vers une économie hautement efficiente, entièrement fondée sur les énergies renouvelables; souligne que si l'industrie de l'Europe compte parvenir à réduire au minimum l'utilisation de substances à forte teneur en carbone comme sources d'énergie et à réduire considérablement l'utilisation des ressources naturelles d
...[+++]e façon globale, une transformation rapide et massive est nécessaire; appelle, dans cette perspective, à l'adoption d'un objectif ambitieux d'amélioration de l'efficacité des ressources; salue, à cet égard, l'initiative phare "Une Europe économe en ressources" et une "politique industrielle à l'ère de la mondialisation"; remarque cependant l'absence d'instruments visant à réaliser cette transformation nécessaire; invite la Commission à présenter son analyse sur les méthodes permettant de réaliser la transition industrielle vers une économie hautement efficiente, entièrement fondée sur les énergies renouvelables, à revoir son programme de travail et à présenter des propositions concernant la politique à mener; déplore profondément que le Conseil européen n'ait fait qu'adopter une position sur l'efficacité énergétique sans mentionner aucunement l'efficacité des ressources; 29. benadrukt het feit dat ecologische duurzaamheid afh
ankelijk is van een absolute vermindering van het gebruik van hulpbronnen; wijst op de noodzaak de huidige economische crisis te gebruiken om over te stappen op een koolstofarme economie die haar grondstoffen uiterst doelmatig inzet; wijst erop dat snelle een grootschalige veranderingen nodig zijn, wil de Europese industrie erin slagen het gebruik van materialen met een hoog koolstofgehalte als energiebronnen tot een minimum terug te dringen en het gebruik van grondstoffen in het algemeen drastisch te beperken; dringt in dit opzicht aan op aanneming van een omvattend streefdoel vo
...[+++]or verbetering van het doelmatig gebruik van grondstoffen; spreekt in dit verband zijn waardering uit voor het toonaangevende initiatief “Europa dat efficiënt gebruikmaakt van hulpbronnen” en een “industriebeleid voor het globaliseringstijdperk”, stelt echter vast dat beleidsinstrumenten ter verwezenlijking van de noodzakelijke veranderingen ontbreken; verzoekt de Commissie haar analyse in te dienen over de manier waarop de omschakeling van de industrie op een volledig duurzame economie, uiterst efficiënte economie kan worden verwezenlijkt, haar werkprogramma te herzien en beleidsvoorstellen te doen; betreurt het ten zeerste dat de Europese Raad alleen een standpunt ten aanzien van energie-efficiëntie heeft goedgekeurd, zonder enige vermelding van de noodzaak om zuinig om te springen met natuurlijke hulpmiddelen;